sluiten

delen op

Psalmen 107 ©

1071107:1 1 Kron. 16:34Ezra 3:11Ps. 106:1136:1Jer. 33:11‘Loof de HEER, want hij is goed, eeuwig duurt zijn trouw.’ 2Zo spreken zij die door de HEER zijn verlost, die hij verloste uit de greep van de angst, 3107:3 Jes. 43:5-649:12Zach. 8:7-8bijeenbracht uit alle landen, uit het oosten en het westen, uit het noorden en het zuiden. (107:3) het zuiden – Voorgestelde lezing. MT: ‘de zee’.

4107:4 Deut. 32:10Soms doolden zij door de woestijn, maar een weg in de wildernis, een stad, een woonplaats vonden ze niet. 5Ze kregen honger en dorst en kwijnden van uitputting weg.

6107:6 Hos. 5:15Ze riepen in hun angst tot de HEERhij heeft hen bevrijd uit vele gevaren, 7107:7 Deut. 6:10Jes. 43:19hij wees hun de rechte weg, de weg naar een stad, een woonplaats.

8Laten zij de HEER loven om zijn trouw, om zijn wonderen aan mensen verricht, 9107:9 Jes. 49:10wie dorst had, gaf hij te drinken, wie honger had, volop te eten.

10Soms woonden zij in donkere krochten als slaven met ijzeren boeien, 11want ze hadden zich tegen Gods woorden verzet, de raad van de Allerhoogste verworpen, 12107:12 Ps. 106:43hij liet hen buigen onder een zware last, ze vielen, en er was niemand die hielp.

13Ze schreeuwden in hun angst tot de HEERhij heeft hen gered uit vele gevaren, 14107:14 Jes. 42:749:951:1461:1haalde hen weg uit donkere holen en brak hun boeien aan stukken.

15Laten zij de HEER loven om zijn trouw, om zijn wonderen aan mensen verricht, 16107:16 Jes. 45:2bronzen deuren heeft hij verbrijzeld, ijzeren grendels verbroken.

17Soms leidden zij een lichtzinnig leven en gingen onder hun zonden gebukt, 18ze gruwden van elk voedsel en waren de poorten van de dood nabij.

19Ze schreeuwden in hun angst tot de HEERhij heeft hen gered uit vele gevaren, 20107:20 Mat. 8:8hij zond zijn woord en genas hen, ontrukte hen aan het graf.

21Laten zij de HEER loven om zijn trouw, om zijn wonderen aan mensen verricht, 22laten zij hem dankoffers brengen, juichend zijn daden bezingen.

23Soms daalden zij af naar zee, gingen scheep en bevoeren het wijde water, 24ze zagen de daden van de HEER, zijn wonderen op de oceaan.

25107:25 Jona 1:4Hij sprak en ontketende storm, hoog zweepte hij de golven op. 26Zij stegen tot aan de hemel, vielen neer in de diepte, hun maag keerde om van ellende, 27ze tolden en tuimelden als dronkaards, alle kennis baatte hun niets.

28107:28 Jona 1:14Ze riepen in hun angst tot de HEERhij leidde hen weg uit vele gevaren, 29107:29 Ps. 65:889:10Mat. 8:26hij bracht de storm tot zwijgen, de golven gingen liggen. 30Het verheugde hen dat de zee tot rust kwam, hij bracht hen naar een veilige haven.

31Laten zij de HEER loven om zijn trouw, om zijn wonderen aan mensen verricht, 32hem hoog verheffen als het volk bijeen is, hem loven in de kring van de oudsten.

33107:33 Jes. 42:15Hij maakt van rivieren woestijn, van waterbronnen dorstig land, 34107:34 Gen. 19:23-28Deut. 29:22van vruchtbaar land een zoutzee vanwege het kwaad van de bewoners.

35107:35 Ps. 114:8Jes. 41:18Hij maakt van woestijnen waterland, van dor gebied een bronrijke streek. 36Hij laat daar wonen wie honger leden, zij stichten een stad, een woonplaats, 37107:37 Jes. 65:21Jer. 31:5zaaien akkers in, planten wijngaarden, met een rijke oogst aan vruchten.

38107:38 Deut. 7:13Zegent hij hen, zij worden zeer talrijk en ook hun vee breidt zich uit, 39zegent hij niet, hun aantal neemt af, ze buigen onder de last van onheil en verdriet.

40107:40 Job 12:21,24Hij stort schande uit over de aanzienlijken, hij laat hen dolen in een woestenij zonder uitweg; 41107:41 Ps. 113:7-9de armen behoedt hij voor slavernij, hun families maakt hij talrijk als kudden.

42107:42 Job 22:19Ps. 63:12Wie oprecht zijn, zien het met blijdschap, wie onrecht doet, moet zwijgen. 43107:43 Hos. 14:10De wijze neemt dit ter harte en kent de trouw van de HEER.