Inleiding op Hosea

Inhoud van het bijbelboek Hosea

Het boek Hosea is genoemd naar de profeet die vermeld wordt in Hosea 1:1. Het boek Hosea is best een moeilijk boek. Het begint al met de taal: soms zul je schokkende woorden en beelden tegenkomen. De toon is vaak fel en bitter. Het boek bestaat uit verschillende soorten teksten. De ene tekst is een aanklacht, de andere een aankondiging van straf. Je leest in het boek ook teksten die voorspoed en geluk aankondigen, en je kunt er een boetelied vinden waarin Israël belooft terug te gaan naar God. Bovendien staat er een aantal gedichten in.

Thema: ondanks alles houdt God van het volk Israël

Waar draait het in dit boek eigenlijk om? Het belangrijkste thema is de relatie tussen God en Israël. Deze relatie wordt beschreven als een liefdesrelatie, waarbij Israël de vrouw is, die ontrouw is aan haar man (God). De ontrouw van Israël bestaat uit het aanbidden van afgoden. Ook wordt in het volk niet op een rechtvaardige manier met elkaar omgegaan. Een ander verwijt aan Israël is dat het niet op God vertrouwt, maar op de grote landen in de buurt: Assyrië en Egypte. Ondanks alles blijft God van Israël houden en probeert hij 'zijn geliefde' terug te winnen. Het boek heeft als bedoeling lezers tot inkeer te brengen. Mensen moeten zich volledig toewijden aan God.

Indeling van Hosea

  1. Deel één van Hosea (hoofdstuk 1-3) bestaat uit het verhaal over de profeet en zijn ontrouwe vrouw. Ze zijn een beeld voor God en Israël, en de moeilijke verhouding tussen hen.
  2. Deel twee (hoofdstuk 4-14) bestaat uit een serie profetieën. Ze zijn indringend en beeldend geschreven. Er zit niet echt een verhaallijn of duidelijk tijdsverloop in.

Ontstaan en schrijver

Het boek Hosea is het eerste boek van de verzameling van de Twaalf Profeten. Die verzameling van allemaal kleinere profetenboeken is ergens in de vierde of derde eeuw voor Christus gemaakt. Er is over Hosea zelf maar weinig bekend. Uit hoofdstuk 1:1 kun je afleiden dat Hosea profeteerde tussen ongeveer 750 en 725 voor Christus. In die jaren was Jerobeam koning over het noordelijke koninkrijk Israël. Verder lees je nog wat vage aanduidingen over zijn leven in hoofdstuk 1-3. Wanneer het boek precies geschreven is en door wie, is onbekend.