Gehenna
Gehenna

Gehenna | Eeuwig vuur

Hel en verdoemenis. Toch? 

Inderdaad wordt het Bijbelse woord Gehenna vaak zo uitgelegd. En dat is niet uit de lucht gegrepen. De Nederlandse Statenvertaling uit 1637 vertaalt Gehenna als Hel. Dat heeft mensen altijd het idee gegeven dat woorden als Gehenna, Hades, en poel des vuurs (uit Openbaring) over een en dezelfde plek gaat, namelijk de Hel. Maar wat betekent Gehenna nu echt?

Dal van Hinnom

Gehenna verwijst naar het Dal van Hinnom dat vlakbij Jeruzalem ligt. In het Oude Testament was dit de plek waar kindoffers werden gebracht. Een heidens gebruik dat werd overgenomen door het Israëlische volk. In Gods ogen was dit een gruwel en koning Josia maakte er een einde aan (2 Koningen 23:10).

In de tijd van Jezus werd het Dal van Hinnom gebruikt als plek waar afval verbrand werd en waar de lijken van dieren en misdadigers werd gedumpt. Het vuur brandde er onophoudelijk. De toehoorders van Jezus kenden deze vuilnisstortplaats als een plek om ver vandaan te blijven. Het was daarom een heel bruikbaar middel om een vernietigende straf mee uit te beelden (Matteüs 5:22).

Gehenna in het Nieuwe Testament

Het woord Gehenna komt twaalf keer voor in het Nieuwe Testament. Elf keer komt het uit de mond van Jezus (zeven keer in Matteüs, drie keer in Marcus, en een keer in Lukas). Ook Jakobus gebruikt het (Jakobus 3:6).

Wat wil Jezus ermee duidelijk maken?

Telkens wanneer Jezus het woord Gehenna noemt, doet hij dat om het binnenste van de mensen bloot te leggen. Hij spreekt over mensen die zich netjes aan de wet van Mozes houden, maar van binnen (en binnenskamers) helemaal niet zo zuiver denken en handelen (Matteüs 5: 21-30; Matteüs. 18:9).

Jezus veroordeelt hun schijnheiligheid (Matteüs 23:4-14) en laat zien dat dat niet past in Koninkrijk van God. Daar zijn de eersten de laatsten en de laatsten de eersten (denk aan de zaligsprekingen: Matteüs 5:1-12).

Met andere woorden: de zogenaamde vromen of rechtvaardigen kunnen niet prat gaan op hun vroomheid. Ze zijn geen haar beter dan de misdadigers wiens lijken in het vuur van de Gehenna gedumpt werden. Jezus kijkt verder dan de buitenkant: alles wat verborgen is zal zichtbaar worden.

Hades 

Een ander woord dat voorkomt in het Nieuwe Testament is Hades (bijv. Matteüs 11:23, Handelingen 2:31). De Statenvertaling vertaalt zowel Hades als Gehenna als hel. Met Hades wordt het dodenrijk bedoelt, de plek waar de mens na de dood terecht komt (Hebreeuws: Sheol). Het dodenrijk werd verstaan als een plek diep in de aarde met verschillende afdelingen voor de onrechtvaardigen en voor de rechtvaardigen. In het dodenrijk verbleef men tot de dag van het oordeel.

Als je de teksten waarin het woord Hades of Gehenna voorkomt goed bestudeert, kom je tot de conclusie dat het om verschillende plekken gaat, die beide iets anders (eigens) uitdrukken.