1101110:1 Mat. 22:44Marc. 12:36Luc. 20:42-43Hand. 2:34-351 Kor. 15:25Hebr. 1:1310:12-13Van David, een psalm.De HEER spreekt tot mijn heer: ‘Neem plaats aan mijn rechterhand, ik maak van je vijanden een bank voor je voeten.’
2Uit Sion reikt de HEER u de scepter van de macht, u zult heersen over uw vijanden. 3Uw volk staat klaar op de dag dat u ten strijde trekt. Op de heilige bergen, (110:3) Op de heilige bergen – Volgens sommige Hebreeuwse handschriften en oude vertalingen. MT: ‘In heilige pracht’. uit de schoot van de dageraad, komt tot u de dauw van uw jeugd. (110:3) van uw jeugd – Sommige Hebreeuwse handschriften en oude vertalingen lezen: ‘ik heb u verwekt’.
4110:4 Gen. 14:18Hebr. 5:66:207:17,21De HEER heeft gezworen, en komt op zijn eed niet terug: ‘Je bent priester voor eeuwig, zoals ook Melchisedek was.’ (110:4) zoals ook Melchisedek was – Ook mogelijk is de vertaling: ‘rechtmatig koning volgens mijn besluit’.