sluiten

delen op

Psalmen 30 ©

30130:1 Ezra 6:16Een psalm. Een lied bij de inwijding van de tempel. Van David.2Hoog wil ik u prijzen, HEER, want u hebt mij gered en mijn vijand geen reden gegeven tot vreugde. 3HEER, mijn God, ik riep tot u om hulp en u hebt mij genezen. 430:4 1 Sam. 2:6HEER, u trok mij uit het dodenrijk omhoog, ik daalde af in het graf, maar u hield mij in leven.

530:5 Ps. 7:18Zing voor de HEER, allen die hem trouw zijn, loof zijn heilige naam. 630:6 Jes. 54:7-8Zijn woede duurt een oogwenk, zijn liefde een leven lang, met tranen slapen we ’s avonds in, ’s morgens staan we juichend op.

7In mijn overmoed dacht ik: Nooit zal ik wankelen. 830:8 Ps. 104:29HEER, u had mij lief en ik stond als een machtige berg, u verborg uw gelaat en ik bezweek van angst.

9U, HEER, roep ik aan, u, Heer, smeek ik om genade. 1030:10 Ps. 88:11-13Jes. 38:18Wat baat het u als ik sterf, als ik afdaal in het graf? Kan het stof u soms loven en getuigen van uw trouw?

11Luister, HEER, en toon uw genade, HEER, kom mij te hulp. 1230:12 Est. 9:22Jes. 61:3Jer. 31:13U hebt mijn klacht veranderd in een dans, mijn rouwkleed weggenomen, mij in vreugde gehuld. 13Mijn ziel zal voor u zingen en niet zwijgen. HEER, mijn God, u wil ik eeuwig loven.